Interview kunstenaar

Voor deze module was het de bedoeling dat we een kunstenaar zouden gaan interviewen. Ik heb samengewerkt met Roos de Vries, ik heb  het interview afgenomen en zij heeft het interview verwerkt in een verslag die hieronder te lezen is. We hebben een kok ondervraagt omdat dit een goed voorbeeld is van iemand die een creatief faseproces doormaakt als hij een nieuw recept moet bedenken of ontwerpt. Hieronder is het interview te lezen;

  • Beschouw je jezelf als kunstenaar?

Nouja, laat ik het zo zeggen; Het kan kunst zijn, de smaken maken kunst bij elkaar. Ik zie het dan weer niet zoals abstracte beeldende kunst  maken, ik zet wel smaken op de de eerste plek. 

  • Wat maakt dat je jezelf als kunstenaar beschouwd

Je creëert toch wat nieuws, dus daarom kan ik mijzelf wel een kunstenaar noemen denk ik. 

  • Wat wil je bereiken met het koken in een restaurant?

Goede, hier heb ik nog nooit over nagedacht. Wat wij willen, laat ik het zo zeggen, wij willen dat mensen een toffe avond beleven met mooie gerechten. Met streekproducten uit de buurt voor een betaalbare prijs. Je ziet, ik heb twaalf jaar sterren niveau gewerkt, de prijzen zijn absurd. Je bent zo 300, 400 euro per persoon kwijt. Ik ben van mening dat dit goedkoper kan. Daar staan wij voor, om toch mensen goed eten en lekker eten te bezorgen en dan niet met een onbetaalbare rekening. Dat vind ik leuk, oh en een volle zaak! Dat zie je nu ook wel, we zitten elke dag vol. En waarom? Omdat het betaalbaar is, omdat het leuk is, omdat het voor iedereen te betalen is.

  • Heb je altijd kok/kunstenaar willen worden of is het iets dat je bent geworden door bepaalde gebeurtenissen?

Nee, nee, ik wilde altijd kok of dj worden. (Heel verschillend!) Dj is natuurlijk heel iets anders. Ik had een draaitafeltje gekregen van mijn ouders en daar mocht ik een beetje mee rotzooien en doen, maar ik kwam erachter dat ik daar toch niet zo heel veel talent voor had. Koken vond ik altijd al leuk van kinds af aan, maar ik vond het leuk om te doen. Stond altijd bij mijn moeder in de keuken te helpen, niet dat mijn moeder fantastisch kon koken, maar ik vond het gewoon leuk. 

  • Was het ook het idee om zo'n soort restaurant te krijgen?

Ja, ja dat was altijd het idee. Toen ik rondje Nederland had gemaakt allerlei soorten restaurants had gewerkt, op sterrenniveau had gewerkt, kwam ik terug naar Zeeland. Toen had ik een tijdje met een één ster gekookt, dat wilde ik ook een keer meemaken. Zij hebben meerdere sterren binnengesleept nu, maar daarna wilde ik weer wat anders. Hierna ben ik wat voor mezelf begonnen. Ik wilde een comfortabele prijs maken en goed product neerzetten en mensen gewoon lekker in de watten leggen. 

  • Door wie of wat laat je jezelf inspireren, tot het gerechten maken?

Door de seizoenen. Tuurlijk, tegenwoordig is het makkelijk, even op Facebook iedereen zet er een fotootje op of een dingetje en je pikt van alles wel wat mee. Ga maar eens uit eten je ziet nieuwe dingen, nieuwe smaken en gerechten. Je kan zelfs in een Spanje zitten in een tapas tentje en daar heb je van die kleine maaltijdjes met bloemetjes en frituur. Dan zit je dat te eten en denk je lekker, kan ik hier wat mee ..? Ik was een tijd geleden in Spanje en heb daar een klassieke paella te maken op open vuur. Nu staat er hier bij ons een mooie paella op het vuur, door dat soort gebeurtenissen laat ik me ook inspireren. Zo ben je continu bezig met het binnenhalen van informatie en inspiratie en het creëren van nieuwe gerechten. 

  • Maar haal je ook inspiratie uit dingen die niet zo veel met koken te maken hebben?

Ja natuurlijk, het wordt gelijk door de seizoenen. Maar je hebt ook wel eens dat, bijvoorbeeld het vorige dessert was geïnspireerd door groene curry. Ja, daar zat bijna geen zoetstof in het was gewoon puur, maar wel vol van smaak. Het was koken met heel veel natuurlijke producten, het was fantastisch. Het is wel een dessert of je houd ervan of je houd er niet van. Maar ja, dat moet je af en toe wel eens durven. 

  • Is er een bepaald patroon in het maken van je gerechten?

Ja, er zit eigenlijk wel een redelijk vast patroon in wat ik altijd doe. Je begint met een mooi product uit de seizoenen. Een stukje vis is nu een van de mooiste streekproducten dat nu hier te krijgen is. Daarna wil ik altijd iets fris erin hebben, mijn gerechten kenmerken zichzelf ook wel door een stukje frisheid. Ik kook ook niet met veel boter. Ik vind boter op mijn boterham af en toe wel lekker met hagelslag, maar daarnaast houdt het wel op. Het moet fris zijn en eetbaar zijn. Je moet aan het eind van het liedje, voldaan zijn. Je moet niet bijna ontploffen, dat je met zo'n volle buik zit dat je echt niets meer op kan. Je moet gewoon lekker kunnen eten, maar ook van het gerecht willen blijven eten. Dat je bij de eerste hap denkt lekker bij de tweede van ook lekker, dat je zelfs na tien happen nog denkt van oh lekker. Wat ik altijd pak is een zuurtje, groente pak ik mee in ieder geval die in het seizoen zijn. We hebben hierachter een moestuin dus daar pak ik dan ook dingen uit, dus ik heb altijd wel een heleboel frisse elementen en groente. Dit is ook wel wat mij typeert. 

  • Dus je bekijkt het eerst vanuit het seizoen?

Ja, ik kijk altijd eerst van wat is er voorradig en vanuit daar werk je naar een gerecht toe. Je pakt de mooie kenmerken en volle smaken, een zoetzuur groentje en wat groentes erbij. Zo varieer ik dat een beetje. 

  • Wat gebeurt er als je heel veel inspiratie hebt en hoe reageert je omgeving hierop?

Mijn moeder wordt dan gek. Als ik weer nieuwe ideeën heb dan wil ik dat gelijk laten zien. Bijvoorbeeld als ik ergens wat heb gegeten dan wil ik .. Ik had laatst een teamuitje toen hadden we ergens in Amsterdam gegeten en daar hadden we krieltjes, tussen haakjes, het waren aardappelen gevuld met kaas en daarbovenop wat rivierkreeftjes. Dit was wel echt blow your mind. Je denkt oh lekker krieltjes, dan snij je hem open en komt er kaas uit. Die smaken bij elkaar, ja, dat is fantastisch. Dan sta ik hier heel de dag in de keuken dat te proberen te maken en te doen. Dan interesseert het me ook niet dat de zaal vol zit, ik kan hier dan zo in opgaan en zo ermee bezig zijn. Zo wil ik me daarin verdiepen en wil ik dat gaan doen. Dat ik eigenlijk de avond vergeet. Dat is misschien nog wel een zwakte van mij. Ik wil altijd alles nieuw en alles anders en als je ideeën hebt wil je dat gelijk proberen. Liever vandaag als morgen, ik heb dan niet zoveel geduld. Dat snap je wel. 

  • Dus het ontwikkeld zichzelf best wel snel een nieuw gerecht, je wilt er snel doorheen gaan (het proces)? 

Ja, dat is soms wel zo. Nu bijvoorbeeld komt er een mooi seizoen aan. Het is voorjaar je hebt kreeftjes en weer andere producten bij de hand en dan gaat dat proces ook wat sneller. In de winter, heb je wat andere en ook wat minder producten dus dan is het wat meer zoeken. Dan hou ik ook wat makkelijker drie maanden dezelfde menu kaart, in plaats van dat ik er gerechten afhaal of nieuw opbreng. Ik ben ook zelf meer een zomermens, dus dat werkt ook mee. Net als vandaag het is fantastisch weer, lekker buiten, lekker genieten, dat is echt fantastisch, top.

  • Hier in het restaurant heb je ook dat als je een nieuw gerecht hebt dat er mensen zijn die het mogen komen proeven?

Ja, klopt. Ik heb heel veel vaste gasten die dan mogen komen proeven. Als ik dan een gerechtje heb en ik heb het eerst zelf geproefd. Dat is altijd wel belangrijk dat je het eerst zelf proeft. Dan moet je daarna mensen enthousiast maken, want je maakt een gerecht niet voor één persoon. Of twee, of vijftien, nee je maakt het voor misschien wel honderdman. Dan is het een kleine moeite om voor een vaste gast die hier zit even een test te geven. Ik vind het wel fijn om feedback te krijgen, want als zij dan al zeggen het is niet te eten. Of het is lekker of het is geweldig. Dan is het gewoon goed.

  • Is het vaak dat er goede feedback wordt gegeven?

Over het algemeen wel ja. Ik heb ook nog nooit iets gegeven dat niet oké was. Je hebt het zelf natuurlijk eerst al eens geproefd. Het lijkt wel of het nieuw is, maar je geeft nooit iets mee wat je zelf niet eerst hebt geproefd. Als je het echt niet lekker vind dan geef je het gewoon niet mee, dan ga je het ook niet laten proeven. 

 

De antwoorden van het interview kun je goed analyseren aan de hand van een fasemodel. Zo kun je zien hoe een creatief proces in zijn gang gaat. Het fasemodel dat we gaan gebruiken is gemaakt door Nirav Christophe.

Fase 1 Sensatie:

Je voelt iets aan je water, een vaag idee van een “probleem”

* Fase 2 Realisatie:

Inzicht in- en formulering van het probleem

* Fase 3 Preparatie:

Het idee of probleem wordt onderzocht

* Fase 4 Saturatie:

Het verzamelen van materiaal: onderzoek, bronnen over het fenomeen

* Fase 5 Frustratie:

Frustraties

* Fase 6 Incubatie:

De verkregen informatie moet even indalen, meestal gaat men dan even iets anders doen en is men toch nog bezig met het maken van iets…

 

 

* Fase 7 Intuïtie:

In deze fase wordt er gebruik gemaakt van de makers zijn intuitie, hij volgt zijn onderbuik gevoel

* Fase 8 Illuminatie:

Dit is de fase waarin er een zogenaamd lichtje gaat branden

* Fase 9 Evaluatie:

In deze fase evalueert de maker zijn werk

* Fase 10 Verificatie:

In deze fase wordt het werk uitgewerkt en getoetst aan de praktijk

* Fase 11 Accelaratie:

Hierin wordt een versnelling gemaakt om het werk af te ronden. 

Als we terugkijken naar het interview kunnen we zien dat onze kunstenaar ook vaak deze fases doorloopt om zo tot het eindproduct te komen, in dit geval een gerecht. De fases die het meest terugkwamen waren fase 4, 8, 9 10, 11. Je ziet fase 4 terug in het feit dat de kok overal inspiratie opdoet en er dus altijd voor openstaat en overal informatie en inspiratie verzameld. Fase 8 zie je terug in het meteen willen experimenten met producten voor het maken van een gerecht. Fase 9 en 10 vallen voor onze kunstenaar een beetje samen. Zo proeft hij eerst zijn eigen gerecht tijdens de evaluatie en organiseert vervolgens een dag waarop vaste klanten een gerecht kunnen komen proeven, om zo feedback te verzamelen. Fase 11 is natuurlijk dat het gerecht op de kaart zal verschijnen, dit zal in een versnelling gebeuren. Dit komt omdat zijn gerechten seizoensgebonden zijn, dus er moet een versnelling gemaakt worden om het gerecht nog een seizoen op het menu te kunnen laten staan. De fases die het minst voorkwamen waren fase 1, 2 en 3. Dit komt omdat de kok niet per se een probleem aanpakt. Hij vind gewoon inspiratie en handelt hiernaar.  Het is voor hem geen zoektocht naar het willen maken van een kunstwerk. Hij staat open voor inspiratie en als het komt dan komt het en zo niet dan niet. Alleen in de winter moet hij wel echt opzoek gaan naar inspiratie, maar ook hier komt het uiteindelijk gewoon.